filmov
tv
Hoe Bereken Je Kanban? | Lean Green Belt Training Lean nl |
Показать описание
Berekenen van het aantal kanbans
De berekening van het aantal kanbans is een essentieel element voor de correcte werking van het kanbansysteem, voornamelijk voor het bepalen van het voorraadniveau.
De basisgedachte is dat hoe meer kanbans je in omloop hebt, hoe meer voorraden je daarmee genereert. Minder kanbans betekent dus minder voorraad.
Wil jij meer leren over Lean en Kanban? Check dan in voor de online Lean Black Belt Training!
Voorraadniveau:
Er bestaan verschillende methoden om te berekenen wat een optimaal voorraadniveau is en wanneer deze voorraad weer aangevuld moet worden, zodat de productie niet stilvalt. Het aantal kanbankaarten kan helpen om dit zo optimaal mogelijk in te stellen.
Aantal kanbankaarten
Terwijl de voorraad wordt verbruikt, wordt het signaal (kanban) volgens het principe van "Pak er 1, Maak er 1" stroomopwaarts gestuurd om bevoorrading te activeren.
Het benodigde aantal kanbans is een functie van:
Gemiddelde vraag per tijdseenheid (DD): De gemiddelde vraag geeft aan hoeveel producten er gemiddeld in een bepaalde periode nodig zijn. Dit kan variëren afhankelijk van het type product en de marktomstandigheden. Het is belangrijk om dit cijfer nauwkeurig te berekenen, omdat het een directe impact heeft op het aantal benodigde kanbans. Een onderschatting kan leiden tot tekorten en een overschatting tot overtollige voorraad.
Totale tijd (LT): Dit is de hoeveelheid tijd die het kost om de voorraad aan te vullen. Dit omvat de tijd die het kost om de bestelling te verwerken en de tijd die de leverancier nodig heeft om de producten te produceren en te leveren. Een langere lead time zal leiden tot een groter aantal benodigde kanbans om te zorgen dat de productie niet stilstaat.
Veiligheidsvoorraad (SS): Dit is een extra hoeveelheid voorraad die wordt aangehouden om eventuele onzekerheden in vraag of levertijd op te vangen. Het verhogen van de veiligheidsvoorraad verhoogt ook het aantal benodigde kanbans.
Containercapaciteit (Q): Dit is de hoeveelheid producten die in een enkele kanban (meestal een fysieke container) past. Een grotere containercapaciteit vermindert het aantal benodigde kanbans, maar kan ook leiden tot een hoger voorraadniveau.
Het is belangrijk op te merken dat deze factoren niet in isolatie kunnen worden bekeken. Ze zijn allemaal met elkaar verweven en veranderingen in één factor kunnen gevolgen hebben voor de anderen.
De formule is als volgt:
• Aantal kanbans = [ DD * LT * (1 + % SS) ] / Q
DD = Dagelijkse vraag
LT = Levertijd (in dagen)
SS = Veiligheidsvoorraad
Q = Hoeveelheid in een container
Voorbeeld:
Het downstreamproces verbruikt gemiddeld 100 producten per dag. De doorlooptijd om de producten van het upstreamproces of de leverancier te ontvangen is 5 dagen. De veiligheidsmarge (Safety Stock) voor het product is 20% (om vertragingen bij de levering op te vangen). Er zitten 50 producten in een doos (container).
DD= 50
LT = 5
SS = 20%
Q= 50
Aantal kanbans = 100 * 5 * 1,20 / 50 = 12 kanbans
Wat betekent dit?
In de praktijk betekent de berekening dat als we uitgaan van een gemiddelde dagelijkse vraag van 100 producten, een lead time van 5 dagen, een veiligheidsmarge van 20% en een containercapaciteit van 50 producten, we 12 kanbans nodig hebben om ervoor te zorgen dat de productie niet stopt.
Als we de frequentie van leveringen kunnen verhogen, hebben we mogelijk minder kanbans nodig. Dat is omdat we de lead time kunnen verminderen en minder voorraad hoeven aan te houden om onzekerheden op te vangen. Het is echter ook belangrijk om te overwegen dat frequenter bestellen kan leiden tot hogere bestelkosten.
Het kanbansysteem is dus een balansoefening tussen het minimaliseren van voorraadkosten en het voorkomen van tekorten die de productie kunnen onderbreken. Het nauwkeurig berekenen van het aantal kanbans speelt een cruciale rol in het bereiken van deze balans.
De berekening van het aantal kanbans is een essentieel element voor de correcte werking van het kanbansysteem, voornamelijk voor het bepalen van het voorraadniveau.
De basisgedachte is dat hoe meer kanbans je in omloop hebt, hoe meer voorraden je daarmee genereert. Minder kanbans betekent dus minder voorraad.
Wil jij meer leren over Lean en Kanban? Check dan in voor de online Lean Black Belt Training!
Voorraadniveau:
Er bestaan verschillende methoden om te berekenen wat een optimaal voorraadniveau is en wanneer deze voorraad weer aangevuld moet worden, zodat de productie niet stilvalt. Het aantal kanbankaarten kan helpen om dit zo optimaal mogelijk in te stellen.
Aantal kanbankaarten
Terwijl de voorraad wordt verbruikt, wordt het signaal (kanban) volgens het principe van "Pak er 1, Maak er 1" stroomopwaarts gestuurd om bevoorrading te activeren.
Het benodigde aantal kanbans is een functie van:
Gemiddelde vraag per tijdseenheid (DD): De gemiddelde vraag geeft aan hoeveel producten er gemiddeld in een bepaalde periode nodig zijn. Dit kan variëren afhankelijk van het type product en de marktomstandigheden. Het is belangrijk om dit cijfer nauwkeurig te berekenen, omdat het een directe impact heeft op het aantal benodigde kanbans. Een onderschatting kan leiden tot tekorten en een overschatting tot overtollige voorraad.
Totale tijd (LT): Dit is de hoeveelheid tijd die het kost om de voorraad aan te vullen. Dit omvat de tijd die het kost om de bestelling te verwerken en de tijd die de leverancier nodig heeft om de producten te produceren en te leveren. Een langere lead time zal leiden tot een groter aantal benodigde kanbans om te zorgen dat de productie niet stilstaat.
Veiligheidsvoorraad (SS): Dit is een extra hoeveelheid voorraad die wordt aangehouden om eventuele onzekerheden in vraag of levertijd op te vangen. Het verhogen van de veiligheidsvoorraad verhoogt ook het aantal benodigde kanbans.
Containercapaciteit (Q): Dit is de hoeveelheid producten die in een enkele kanban (meestal een fysieke container) past. Een grotere containercapaciteit vermindert het aantal benodigde kanbans, maar kan ook leiden tot een hoger voorraadniveau.
Het is belangrijk op te merken dat deze factoren niet in isolatie kunnen worden bekeken. Ze zijn allemaal met elkaar verweven en veranderingen in één factor kunnen gevolgen hebben voor de anderen.
De formule is als volgt:
• Aantal kanbans = [ DD * LT * (1 + % SS) ] / Q
DD = Dagelijkse vraag
LT = Levertijd (in dagen)
SS = Veiligheidsvoorraad
Q = Hoeveelheid in een container
Voorbeeld:
Het downstreamproces verbruikt gemiddeld 100 producten per dag. De doorlooptijd om de producten van het upstreamproces of de leverancier te ontvangen is 5 dagen. De veiligheidsmarge (Safety Stock) voor het product is 20% (om vertragingen bij de levering op te vangen). Er zitten 50 producten in een doos (container).
DD= 50
LT = 5
SS = 20%
Q= 50
Aantal kanbans = 100 * 5 * 1,20 / 50 = 12 kanbans
Wat betekent dit?
In de praktijk betekent de berekening dat als we uitgaan van een gemiddelde dagelijkse vraag van 100 producten, een lead time van 5 dagen, een veiligheidsmarge van 20% en een containercapaciteit van 50 producten, we 12 kanbans nodig hebben om ervoor te zorgen dat de productie niet stopt.
Als we de frequentie van leveringen kunnen verhogen, hebben we mogelijk minder kanbans nodig. Dat is omdat we de lead time kunnen verminderen en minder voorraad hoeven aan te houden om onzekerheden op te vangen. Het is echter ook belangrijk om te overwegen dat frequenter bestellen kan leiden tot hogere bestelkosten.
Het kanbansysteem is dus een balansoefening tussen het minimaliseren van voorraadkosten en het voorkomen van tekorten die de productie kunnen onderbreken. Het nauwkeurig berekenen van het aantal kanbans speelt een cruciale rol in het bereiken van deze balans.