Examen vragenuurtje VMBO GL-TL economie

preview_player
Показать описание
Stel hier je vragen in de chat
Рекомендации по теме
Комментарии
Автор

Wat hebben we al allemaal behandeld?
• Omrekenen maand en jaar etc.
• Box 1 en 3
o Box 1: Brutojaarinkomen – aftrekposten + eigen woning forfait = belastbare inkomen
o Belastbare inkomen  schijven
o Van die uitkomst haal je de heffingskorting af!
o BOX 3: Dat gaat over de belasting van je vermogen
• Marktvormen: Volkomen concurrentie, Oligopolie, Monopolie en de monopolistische concurrentie.
• BTW ( Inclusief en exclusief): Inclusief is 121% en exclusief is 100%
• Ministeries van de overheid
• Arbeidsverdeling en arbeidsproductiviteit
• Samengestelde rente: Rente over rente. Dus 100 euro : 100 x 5% = 5 euro erbij. Een jaar later is het dan 105: 100 x 5 = 5, 05 En dan heb je 110, 05
Dan kun je ook doen 100 x 1, 05^2
• Koerswinst: Ik koop een aandeel voor 100 euro, en na 2 jaar verkoop ik het voor 110 euro.
• Accijns
• WOZ; waarde van de woning. En hier een percentage en dus bedrag van uitrekenen.
• Kredietvormen.
• Consumentenprijsindex: de verandering van de prijzen.
• Verschuiving van de lijnen. Bij dezelfde prijs is er meer (naar rechts) of minder (naar links) vraag.
• Afkortingen hele woorden weten: lastig.
• Schaarse goederen: “normale” dat er dan weinig is. IN de economie gebruiken we schaars ook om aan te geven dat we er iets voor moeten opofferen. Vrije goederen daar hoef je niets voor op te offeren.
• Rechtsvormen: Eenmanszaak, VOF, BV en de NV
• Vreemde valuta is de eigen munt uitgedrukt in een andere munt. Dus bijvoorbeeld 1 euro is gelijk aan 2 dollar. En later is 1 euro gelijk aan 1, 50 dollar.
• Nominale rente: de rente die je krijgt of moet betalen.
• Werkloosheid aanpakken door de overheid.
• Winstmarge: wat verdien ik per product. Productiekosten zijn 5 euro, ik verkoop het voor 8 euro. Dan is mijn winstmarge 3 euro.
• Monocultuur: afhankelijk bent van een of enkele producten.
• Indexcijfer berekenen. Stel dat in 2023 ik 50.000 euro heb. En in 2024 heb ik 55.000 euro. Nu is 2023 het basisjaar. Wat is het indexcijfer van 2024 dan? Formule: (jaar dat ik wil weten / basisjaar) x 100  55.000 / 50.000 x 100 = 110. Stel dat in 2025 het dan 45.000  45.000 / 50.000 x 100 = 90
• Fusie: dat bedrijven samen gaan. Bijvoorbeeld vodafone en ziggo.
• Reele rente: is de koopkracht verandering. Dus stel dat je 5% rente krijgr en de prijzen stijgen met 2% dan is de reële rente = 3%
• Structurele werkloosheid (blijvende oorzaak) en conjuncturele werkloosheid (Bestedingen).
• Chartaal ( = biljetten en Centen / Cash) en giraal ( = bank / Giro)
• Heterogeen (anders) en homogeen (zelfde product)
• Ontwikkelingsland: kenmerken kennen en hoe ze geholpen kunnen worden, vicieuze cirkel.
• De sectoren: primair, secundair, tertiaire en quartair.
• Ruilvoet: is de verhouding tussen jouw product en die van een ander. Dus bijvoorbeeld een auto ruil ik tegen 200 koeien.
• Kredietkosten: (maandbedrag x termijnen ) – je krediet). Dus bijvoorbeeld ik moet (36 maanden x 20 euro betalen) – 600 krediet = kredietkosten 120 euro.
• Gebonden en ongebonden hulp
• Marktmechanisme: dat we altijd in het evenwicht uitkomen. Dus als de prijs te hoog is, is er weinig vraag en veel aanbod. De aanbieders raken het niet kwijt en gaan dus de prijs verlagen waardoor de vraag weer toeneemt.
• Brutowinstopslag
o Inkoopprijs + brutowinstopslag = verkoopprijs
o 100% + 20% = 120%  opslag VAN DE inkoopprijs
o 80% + 20% = 100%  opslag VAN DE verkoopprijs
• Adviesorganen van de overheid: CBS, CPB, SER
• Protectiemaatregelen: alles wat je doet om je eigen land te beschermen tegen het buitenland. Dus bijvoorbeeld invoerheffing. Dan moet je extra belastingen betalen als je iets uit het buitenland koopt.
• Moet je alle verzekeringen kennen zoals AKW (Algemene kinderbijslag wet) en de AOW (Algemene ouderdomswet)
• Geldfuncties: wat kun je met geld  rekenen, sparen, ruilen.
• Nivellering is dat de verschillen tussen arm en rijk kleiner worden door maatregelen.
• Import (kopen van producten uit het buitenland) en export (het verkopen van producten aan het buitenland). Je kan hier een soort percentage van bereken. Bijvoorbeeld hoeveel procent is de import van de totale ….
• Je kan ook nog redenen geven waarom we importen en exporten.
• Profijtbeginsel
• “Leg in twee stappen uit” Hoe doe je dat. Omdat dit gebeurt….. daarom gaat dit gebeuren. …
• De evenwichtsprijs is waar de Vraag hetzelfde is als het aanbod. Oftewel Qv = Qa
• Enkelvoudig rente is elk jaar hetzelfde bedrag dat erbij komt. 500 : 100 x 5% = 25 euro per jaar.
• Krappe arbeidsmarkt: bedrijven zoeken veel mensen, maar er zijn weinig mensen die op zoek zijn naar werk. Ruime arbeidsmarkt is als er veel mensen willen werken, maar er niet genoeg werk is.
• Solidariteitsbeginsel: “meebetaalt voor andere”
• Inflatie is een stijging van de prijzen (bijvoorbeeld door hogere kosten) en deflatie is een daling van de prijzen (bijvoorbeeld omdat mensen aankopen uitstellen)
• Marketingmix oftewel de 4 p’s of de 6 p’s.
• Concrete (je ontmoet elkaar wel: je koopt bij hema in de winkel) en abstracte markt (Je ontmoet elkaar niet: bol.com)
• Grote getallen: Miljoen is met 6 nullen: 1.000.000 en miljard is met 9 nullen oftewel 1 000.000.000.
• Proportioneel tarief ( altijd hetzelfde percentage) bij een progressief tarief ( stijgt het percentage) en bij degressief (daalt het percentage naarmate je meer gaat verdienen)
• Afronden: zal erbij staan. En anders aanhouden: geld op 2 decimalen en percentages op 1 decimaal.
• De EU is de europese unie en de EMU is de europese monetaire unie (dit zijn de landen die met de euro betalen)
• Meenemen: potlood, gum, pen en reserve en rekenmachine (niet grafisch) drinken wat te eten. (niet krakend) en een woordenboek NL mag ook!!
• Fairtrade: als de mensen die het produceren een eerlijke prijs krijg

EconomiemetJos
Автор

hoi, kan het zijn dat een antwoord wel goed is maar niet in het correctie voorschrift staat? en krijg je er dan punten voor?

jasperhuijbrechts
Автор

@economiemetJos gaat u het examen van vandaag van VMBO TL ook nabespreken?

MissM
Автор

Waar kan ik het document vinden van de video?

MaritFrenaij
Автор

moet je box 1 en box 3 kunnen berekenen

TimRoest-jgqr