Balans: een uitzondering op de 60% regel

Het doel tijdens het gewichtheffen is de halter op de meest efficiënte wijze verticaal te versnellen. Dit doel wordt bereikt wanneer de balans gedurende de start en de hele pull fase van de snatch of clean op de bal van de voet rust. Dit wordt aangeduid met de 60%-regel: de procentuele afstand van de hiel naar de bal van de voet. Dus gedurende de afzet fase van de snatch en de clean bevindt de balans zich op 60% van de voet (bal van de voet)

Maar tijdens de afzet fase (dip) van de jerk is dit niet wat we willen.

De jerk is een uitzondering op de 60% regel. Als we tijdens de dip van de jerk de balans wel op 60% van de voet zouden hebben, dan is de kans groot dat de halter tijdens de dip van de jerk de neiging zal hebben om van de schouder af te glijden. Daarnaast is het aannemelijk dat de halter in de dit geval meer voorwaarts wordt uitgestoten in plaats van verticaal omhoog, waardoor de kans groot is dat de beurt gemist wordt.

Idealiter ligt de balans tijdens de dip voor de jerk op zo’n 30% van de voet in plaats van 60%. Oftewel, 30% van de totale voetlengte, gemeten vanaf de hak. Op deze manier ontstaat er een verticale lijn van de hak door de heup en naar de schouder toe. Deze positie maakt het mogelijk om beter te balanceren tijdens de jerk en zorgt ervoor dat de halter optimaal verticaal versnelt kan worden.

Merk jij dat je de halter te veel naar voren uitstoot in plaats van recht omhoog tijdens je jerk. Pas dan deze tip toe voor een succesvolle jerk!